Welke strategieën gebruiken marathonlopers?

Hoe delen deelnemers hun  marathon in? En hoe analyseer je dat? Vier studenten Toegepaste Wiskunde aan de Hogeschool van Amsterdam hebben dit recent onderzocht. Zij analyseerden de data van vier edities van de Amsterdamse marathon. Dat was in de periode 2016 tot 2019. Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van Sport Data Valley om tot nieuwe inzichten te komen. Op basis van een robuuste dataset gingen de studenten met onze vraag aan de slag. Welke strategieën gebruiken marathonlopers?

Dat is iets wat iedere deelnemer van de Amsterdamse marathon graag wil weten. Sport Data Valley trainee Bryan van Ingen schreef er over in STAtOR. Ook sportorganisatie Le Champion is benieuwd naar de onderzoeksresultaten. De studenten kozen een gedegen aanpak. Ze analyseerden de manier waarop een marathonloper zijn race strategisch indeelt. Daarnaast onderzochten ze ook de factoren gender, leeftijd en de weersomstandigheden.

Strategie

De onderzoekers benoemen de vier meest voorkomende pacing strategieën:

1. Snel starten, vervolgens een deel van de route  langzamer lopen en daarna in de laatste kilometers de snelheid verhogen.
2. Constant lopen, maar het tweede deel van de marathon wel in een wat langzamer tempo.
3. Snel starten en dat hoe tempo vasthouden totdat niet meer lukt. De laatste kilometers in een laag tempo.
4. De hele race in een redelijk constant tempo lopen.

Welke strategieën gebruiken marathonlopers als we inzoomen op de indeling van een race? Uit de data blijkt dat marathonlopers met een lagere eindtijd veelal kiezen voor strategie 4. Vrouwen kiezen vaker voor strategie 4 en haast niet voor strategie 3. Mannen kiezen daar soms wel voor. De meeste deelnemers zijn tussen de 35 en 50 jaar oud. Opmerkelijk is dat 70-plussers wat vaker kiezen voor strategie 2, waarbij het tempo het tweede deel van de route wat lager komt te liggen.